Zo, de tocht zit er weer op! Hebben we Berlijn gehaald? Heeft Erik het overleefd? Tuurlijk! En hoe! En met hoeveel drank is dit dan gepaard gegaan, vraagt u zich af? In welke bochten heeft Team Ligfiets zich deze keer moeten wringen om het te halen? Leest u snel verder!
Laten we bij het begin beginnen. Ene Rogier Boender meldde zich aan om een stukje met ons mee te rijden (Spijkenisse – Utrecht), maar dan op een normale fiets – de stakker. Maar goed, Rogier is, zoals u waarschijnlijk al weet, een gezellige jongeman, dus hij was meer dan welkom.
De reis begon met een grijze lucht, maar het bleef vooralsnog droog. Toen Rogier bij Nieuwegein afzwaaide (een prima prestatie om ons razende bloedtempo bij te houden; de complimenten!) begon het gedonder. Nog geen kilometer verder brak er pleurisweer uit, een Hollandse Moesson. Wij waren genoodzaakt te schuilen en de stortregen uit te zitten. Remko’s iets te positieve opmerking ‘het wordt al lichter, jongens’ (waarna het nog ruim anderhalf uur regende) werd de eerste van vele gevleugelde uitspraken van de vakantie.
Goed, dat was dan ook de enige bui van de vakantie waarvoor we moesten schuilen. Verder was het prachtig weer; regen was iets voor de avonden en nachten. Nog mooier: de wind bleef uit west / zuidwest komen, dus we hadden constant wind mee. Uniek!
Zat alles zo mee? Niet helemaal…
Vanwege Eriks geanonimiseerde medische klachten zijn er een x aantal geanonimiseerde artsen bezocht in een x aantal geanonimiseerde steden. Niks ernstigs hoor, onze halfgod kan wel een stootje hebben. Zoveel omfietsen was het allemaal niet, en de bezoekjes waren veelal snel afgehandeld.
Qua route was het allemaal fantastisch. Zoals reeds verteld zijn wij via Utrecht gefietst; daarna via Bunnik en Zeist de Veluwe over (gevolgd door Karel Kraai – vragen hierover richten aan Vincent) naar Apeldoorn en Deventer. In laatstgenoemde pakten we onze eerste rustdag, en wat voor een. Leuke winkels, lekkere sushi, prima bereik (de camping lag direct aan de overkant van de binnenstad, bereikbaar per pontje) en genoeg terrasjes. Deventer is bij deze goedgekeurd door Team Ligfiets.
Door naar Duitsland! Via Almelo naar Tilligte (lekker pannenkoekie!) zo naar het grensdorpje Nordhorn. Bij het vragen naar een camping kwamen we nog een alleraardigste oude baas tegen (‘you go to Berlin? I was there in the war, it was not so nice. Now it’s better!’) die ons een camping aanraadde – welke overigens gesloten bleek. In de buurt van Lingen was er gelukkig een open camping, waar we ook meteen een heerlijke schnitzel konden nuttigen met de eerste halve liters Weißbier van de vakantie (Herr Kok was direct fan).
Gesterkt vertrokken we richting Fürstenau. De Duitse fietsbordjes bleken schitterende routes aan te duiden, dus we begonnen hier steeds meer op te vertrouwen. Via een paar mooie tussendoorweggetjes kwamen we uit bij Holdorf (HOLDORF!) waar we een prima pizzeriaatje vonden, en daarna een Überseerummetje-cola. Rustdagje verzekerd!
De spirit zat er nu wel in, dus ratsaboemba, door naar Steinfeld. Maar, toen sloeg het noodlot toe: Erik kreeg (geanonimiseerde) medische klachten! Dus wij naar het ziekenhuis in Diepholz, receptje gehaald, en door naar Sulingen. We besloten wel snel een camping te zoeken en een paar daagjes rust te nemen om aan te sterken. Maar Team Ligfiets kent intussen de aloude wet: ‘Zoek een camping en je vindt hem niet’, dus dat was lachen. Niks in Sulingen, maar volgens de mensen daar was er wel een in de volgende stad, Nienburg (30km verderop!). Zeiden ze. Dat was dus niet zo (duh); we moesten dan ook alsnog doorfietsen naar het 10km verderop gelegen Drakenburg, een klein dorpje aan de Weser. Kapot en vermoeid kwamen we tegen acht uur ‘s avonds aan. Gelukkig zijn wij ook bekend met een andere oude wijsheid – ‘Het komt allemaal goed’ – dus konden we op de camping direct aanschuiven voor een warme maaltijd. Schnitzeltje, halflitertje Weißbier… we waren onze besognes al snel vergeten!
Na twee dagen te hebben uitgerust konden we er weer vol tegenaan. Via Schwarmstedt (SCHWARMSTEDT!) en Celle voorbij Gifhorn naar de Tankumsee: 128 km! Gevierd met een drankje natuurlijk.
De volgende rit leidde ons langs Wolfsburg over de oude DDR grens naar Gardelegen, waar natuurlijk ook weer geen camping was. Wat is dat toch? Normaal zijn er overal campings. Klote Duitsers! Maar goed, uiteindelijk een veldje gevonden waar ze een metalfestival aan het opzetten waren (metal-frenzy.de), dus we konden luxe wildkamperen naast een stel brandschone Dixi’s.
Rustdagje dan maar? Niks van dat! Er zat energie in de beentjes, dus we knalden meteen door, langs Stendal, over de Elbe, door de bossen naar Rathenow. Op de camping aan de Hohenauener See werden de laatste restjes Admiral Vernon en enkele flessen Captain Jack (u raadt het al: rummetjes) met een colaatje soldaat gemaakt. Van daar was het alleen maar heuveltje af naar Berlijn, dus dat pakten we ook meteen beet. Met een heerlijk windje in de rug reden we via Nauen (nou én) Spandau binnen, waar we de stadscamping konden bezetten (betalen komt later wel) en konden genieten van de biergarten en het vliegveld dat er vlak naast ligt.
Berlijn, wat een stad! En wat is ons het meest bijgebleven? De restanten van de Muur zijn interessant, leuk om te bekijken. Het Holocaustmonument (die met die blokken) was indrukwekkend. De Bondsdag, Rijksdag, het Hauptbahnhof en de Brandenburger Tor doen het leuk op de foto’s, evenals het Joods-historisch museum en de Fernsehturm. Maar wat Berlijn voor ons onvergetelijk maakte is Rogacki.
Rogacki? Rogacki.
Omdat wij de raad van de onvolprezen Anthony Bourdain (van het programma No Reservations) hebben opgevolgd zijn wij eens gaan kijken bij de visboer/slager/bakker in de westelijke wijk Charlottenburg. En waren er meteen al niet meer weg te slaan! Jongens, wat een heerlijk eten daar! We kunnen het er lang over hebben, over hoe lekker de botervis was, of hoe goed de leverworst, of hoe smakelijk de broodjes, maar dat doen we niet. We kunnen enkel u, beste lezer, met klem aanraden om zélf Rogacki eens te bezoeken. Met de complimenten van Team Ligfiets!
Goed, dat was het wel zo’n beetje. Al met al een zeer geslaagde onderneming!
Nu maar eens verzinnen waar we de volgende keer heen gaan… En maar hopen dat het weer dan weer zo meezit!
Ganz ganz wieder wieder toll!
We hebben 900km gefietst, bekijk de route op Google Maps.